Geschiedenis leren
Tijdvak 4: Steden en staten
Jaartallen
Personen
Begrippen
Ambacht: Een vak of beroep waarbij producten en goederen met de hand gemaakt worden.
Centralisatie: Het besturen van een rijk of land vanuit één plek.
Drieslagstelsel: Manier van het land bewerken. Het land werd in drieën verdeeld en elk jaar lag een ander deel braak (ongebruikt), zo kon de grond herstellen.
Expansie: Uitbreiden van macht door meer gebieden te veroveren of door het eigen geloof te verspreiden.
Geldeconomie: Systeem waarbij het kopen en verkopen van spullen met geld wordt betaald.
Gilde: Een groep mensen met hetzelfde beroep, vak of ambacht.
Hanze: Handelsverbond tussen meerdere steden uit het noorden en midden van Europa.
Kruistocht: Een lange reis om het Heilige Land rondom Jeruzalem te veroveren.
Pest: Een ziekte die enorm veel slachtoffers maakte.
Reconquista: De heroverring van wat nu Spanje en Portugal (het Iberisch schiereiland) is door christelijke vorsten.
Schepen: Rechters en stadsbestuurders.
Schout: Verantwoordelijke in de stad voor het bestraffen en pakken van criminelen.
Standenmaatschappij: Een samenleving waarin de bevolking in groepen of lagen is verdeeld. Deze standen hebben hun eigen rechten en plichten.
Standenvergadering: Vergadering waar iedere stand mensen naar toe stuurde om te overleggen.
Stadsrechten: De rechten van een stad waar de landheer zich niet mee mocht bemoeien.
Onderwerpen
Opkomst steden
Kerk en staat
Kruistochten